Wat geloven wij

De Bijbel

Dat de BIJBEL, bestaande uit de Tenach (Heilige Schriften) en de latere geschriften die algemeen bekendstaan als de B’rit Chadasha (Nieuwe Verbond), het enige onfeilbare en gezaghebbende Woord van God is. Wij erkennen de goddelijke inspiratie ervan en aanvaarden haar leringen als ons hoogste gezag in alle zaken van geloof en levenswandel (Deut. 6:4-9; Spr. 3:1-6; Ps. 119:89, 105; Jes. 48:12-16; Rom. 8:14-17; 2 Tim. 2:15, 3:16-17).

De Mens

De mens is geschapen naar het beeld van God (Gen. 1:26-27), maar door ongehoorzaamheid is de mens uit zijn oorspronkelijke staat gevallen en van God gescheiden geraakt (Gen. 2:17; 3:22-24). Daarom zijn volgens de Schrift alle mensen geboren met een zondige natuur (Ps. 14:1-3; 49:7; 53:3; Jes. 64:6; Rom. 3:9-12, 23; 5:12). De enige hoop voor verlossing (redding) van de mens ligt in het zoenoffer dat door de Messias is gebracht (Lev. 17:11; Jes. 53; Dan. 9:24-26; 1 Kor. 15:22; Hebr. 9:11-14, 28; Joh. 1:12; 3:36), wat leidt tot wedergeboorte door de Heilige Geest (Tit. 3:5), oftewel de nieuwe geboorte (Joh. 3:3-8). Want uit genade zijn wij gered, door geloof – het is een gave van God (Ef. 2:8-9).

God

Wij geloven dat de Sjema – “Hoor Israël, de HEER onze God, de HEER is één” (Deut. 6:4) – leert dat God Echad is, een eenheid: een samengestelde eenheid die eeuwig bestaat in meervoudige eenheid [Gen. 1:1 (“Elohiem”: God); Gen. 1:26 “Laten Wij mensen maken naar Ons beeld”; Gen. 2:24: Adam en Eva werden geschapen om één vlees te zijn (basar echad)]. Hij is een persoonlijke God die ons geschapen heeft (Gen. 1 & 2) en die voor eeuwig bestaat in drie Personen: Vader, Zoon en Heilige Geest, zoals genoemd in Romeinen 8:14-17 (Vader, Geest en Messias – Zoon) en Matt. 28:18-20 (dopen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest).

GOD DE VADER (Abba)

Zie: Joh. 6:27b; 1 Kor. 1:3; Gal. 1:1; Openb. 3:5, 21; Jer. 3:4, 19; 31:9; Mal. 1:6; Matt. 6:9, 32; Luk. 10:21-22; Joh. 1:14; 4:23; 5:17-26; 6:28-46; Rom. 8:14-15.

GOD DE ZOON (HaBen)

God heeft een Zoon [Ps. 2; Spr. 30:4-6 (vgl. Hebr. 1); Luk. 12:35-37; Joh. 1:29-34, 49; 3:14-18]. De Zoon, genaamd Yeshua (Jezus), wat “redding” betekent, kwam in deze wereld, geboren uit een maagd [Jes. 7:14 (vgl. Luk. 1:30-35)]. De Zoon is God (Goddelijke natuur) en wordt als God aanbeden; Hij heeft eeuwig bestaan [Ps. 110:1 (vgl. Hebr. 1:13); Jes. 9:6-7; Matt. 28:18-20; Fil. 2:5-11; Kol. 1:15-19; Openb. 3:21 (Hebr. 1 – aanbeden door engelen); Openb. 4:8, 5:5-14]. Deze is de beloofde Mashiach (Messias) van Israël [Jes. 9:6-7; 11:1; Dan. 9 (vooral verzen 20-26); Jes. 53; Joh. 1:17, 40-41, 45, 49; Mark. 8:29]. Hij is de wortel en het nageslacht van David, de blinkende morgenster (Num. 24:17; Openb. 22:16). Hij is ons Pesach, het Lam van God (1 Kor. 5:7; Openb. 5; Joh. 1:29).

GOD DE HEILIGE GEEST (Ruach HaKodesh)

Geïntroduceerd in Gen. 1:2b. In de Tenach kwam de Geest van God op individuen in de tijd van onze voorvaderen, zoals Mozes, David (zie 2 Sam. 23:1-3), en de profeten, met specifieke doeleinden. In het Nieuwe Verbond beloofde de Messias, Yeshua, zijn discipelen dat “de Trooster” zou komen na Zijn vertrek. Deze wordt omschreven als de Geest der Waarheid (Joh. 14:17, 26), die bij hen was en in hen zou zijn. Yeshua verklaarde verder dat de Geest der Waarheid ons in alle waarheid zou leiden en Hem – de Messias – zou verheerlijken, niet Zichzelf (Joh. 16:13-15). Hij bekrachtigt ons (Hand. 1:8). Hij verzegelt ons [Ef. 1:13; 4:30 (zie NBV en Messiaanse vertalingen)]. Als wij de Geest niet hebben, zijn wij niet van Hem (Rom. 8:9). Hij leidt ons en leert ons (Rom. 8:14-17). Zijn inwoning stelt ons in staat een godvruchtig leven te leiden. Hand. 2:38 zegt: “Bekeer u, laat u onderdompelen, en ontvang de Heilige Geest.”

Messias – Opstanding & Oordeel

Wij geloven in de opstanding van zowel de verlosten als de verloren mensen: de eersten tot eeuwig leven en de laatsten tot eeuwige scheiding van God, een staat van eeuwige straf (Job 14:14; 19:25-27; Dan. 12:2-3; Joh. 3:36; 11:25-26; Openb. 20:5-6, 10-15; 21:7-8).

DE MESSIAS

De Verlosser. De Schriften beloofden twee komstmomenten van de Messias:

De eerste komst wordt beloofd in Dan. 9:24-26. Het doel hiervan was het verzoenen van de zonden (Dan. 9:24-26; Jes. 53; Rom. 3:21-31; Hebr. 9-10; Joh. 3:16-17).

De tweede komst is de beloofde komst in de lucht om de gelovigen tot Zich te nemen (1 Thess. 4:13-18; Joh. 14:1-6; 1 Kor. 15:51-57).

De terugkeer van de Messias op aarde: de Verlosser zal naar Sion komen (Jes. 59:20-21; Zach. 14:4).

Israëls geestelijke verlossing (Zach. 12:8–13:1; Rom. 11:25-27; Hebr. 9:28; Jer. 31:31-40 – het Nieuwe Verbond).

Israëls nationale herstel: het bijeenbrengen van het overblijfsel van Zijn volk Israël uit de vier hoeken van de aarde en het herstel van het Davidische Koninkrijk (Jes. 11 – om de troon en het koninkrijk van David opnieuw op te richten, dat voor eeuwig zal duren) [Jes. 9:6-7 (vgl. Luk. 1:30-33); Jer. 23:3-8].

Israël in de Profetie

Wij geloven in Gods eindtijdplan voor het volk Israël en voor de wereld. Een centraal onderdeel van het Messiaanse Jodendom is het geloof in het fysieke en geestelijke herstel van Israël, zoals onderwezen in de Schriften. Het grootste wonder van onze tijd is de heroprichting van de Staat Israël, overeenkomstig de profetie (Ezech. 34:11-31; 36-39; Hos. 3; Amos 9

Verklaring

Wij verwerpen elke leerstelling, overtuiging of praktijk die niet in overeenstemming is met het bovenstaande.